Roemeense sarmale met zuurkool en spek

Snijd de ui fijn en stoof deze in de verwarmde olie en reuzel tot hij zacht en lichtbruin is.

Voeg het spek toe en bak kort, voeg dan het gehakt en de wijn toe. Roer intensief om kruimels te krijgen en als de wijn is ingekookt, giet je de tomaten, die eerder zijn geraspt, er bij. Bak ongeveer 5 minuten.

Voeg de rijst toe en voeg na een minuut of twee, onder voortdurend roeren, twee eetlepels tomatenpuree en paprikapoeder toe. Breng op smaak met zout en kruiden en haal na een minuut van het vuur. Laat het mengsel iets afkoelen.

Snij de zuurkool in blaadjes en snijd van elk blad het harde, middelste deel eruit. Halveer de bladeren, laat er 4-5 heel.

Schep in het midden van elke helft een lepel van het gehakt-rijstmengsel en rol ze op. Druk de randen met je vinger naar binnen, zodat het mengsel er niet uit kan komen.

Zet een pan op het vuur met ongeveer 700 ml gezouten water, waarin je de citroen uitknijpt, los een lepel tomatenpuree en de olie (40 ml) op.

Terwijl de bouillon begint te koken, begin je met het rangschikken van de sarma. Neem hiervoor een geschikte pot en bekleed de bodem met twee van de overgebleven hele zuurkoolblaadjes. Leg een deel van het spek erop, snijd het in dunne plakjes.

Leg een laag sarma in de pan, gevolgd door meer spek en wissel af totdat de producten op zijn. Giet de hete bouillon erover en bedek met de resterende hele zuurkoolblaadjes. Druk aan met de hand.

Dek de pan af met een deksel en kook gedurende 25-30 minuten op middelhoog vuur. Serveer de Roemeense sarmale met zuurkool en spek met yoghurt.

Genieten!