Avocado (Persea americana) is een groenblijvende boom uit de laurierfamilie die 15 tot 30 meter hoog wordt en grote groene bladeren heeft. Het thuisland is Midden-Amerika, maar er zijn berichten dat het fruit al 8000 jaar geleden werd geconsumeerd door de Azteken en Maya's.
De naam, vertaald uit de lokale Nahuatl-taal, betekent testikel en werd blijkbaar zo genoemd vanwege de grote gelijkenis in de vorm van de vrucht met dit anatomische orgaan.
Een avocado weegt meestal rond de 150 - 250 g, maar er zijn ook variëteiten met grotere vruchten die tot 1 kg wegen, evenals miniatuurvariëteiten. Alles hangt ook af van de teeltomstandigheden, aangezien de boom het beste groeit in vruchtbare grond met een hoog vochtgehalte. Hij bloeit in de winter en zit na ongeveer 8-10 maanden vol met peervormige groene vruchten.
Een avocado is als een banaan: hij groeit aan de boom, maar rijpt nadat hij geplukt is. Na rijping kleurt de vrucht donkergroen of donkerpaars. Het vlezige deel is crèmekleurig, smaakloos, maar met een aangenaam aroma. In de kern van de vrucht zit een bruine steen.
Avocado is een vrucht rijk aan vet en calorieën - 100 gram avocado bevat bijna 170 calorieën. Licht aromatisch en boterachtig, het is een van de populaire vruchten, die net zo veel calorieën bevatten als noten.
Avocado bevat veel meer eiwitten dan ander fruit. Het is goed voor het hart en voorkomt verstopping van bloedvaten. Door de aanwezigheid van vitamine A, C en E heeft de vrucht een antioxiderende werking. Het helpt om gifstoffen uit het lichaam te verwijderen.
Het regelmatig consumeren van avocado verlaagt ook een hoog cholesterol. Avocado is een groente die ijzer bevat en zeer geschikt is voor mensen met bloedarmoede. Het wordt ook aanbevolen als voeding voor zwangere vrouwen en kinderen vanwege de grote hoeveelheid vitamines, mineralen en eiwitten.
Een rijpe avocado heeft een delicate boterachtige smaak. De vrucht wordt doormidden gesneden, vervolgens rond de binnenste pit gedraaid en voorzichtig doormidden gesneden. De pit wordt verwijderd met een lepel en de huid wordt afgepeld met je vingers. Het vlezige deel wordt in blokjes van de gewenste grootte gesneden.
